Met de charme van een lantarenpaal, z’n licht schijnend, maar koud aanvoelend, presenteert de ceremoniemeester de al dan niet gemankeerde dichters. Het lijkt af en toe op een aaneenschakeling van microfoonmishandelingen. Ik ga het niet zeggen, m’n gezicht spreekt strofen. Ieder z’n eigen feestje.