De buurman in de Atjehstraat reageert op mij als de hond van de aannemer, onmiddellijk grommend in de aanval. Dat je nog opgewekt kan doen met al die misère…
We zijn klaar voor de komst van de kunstenaar, althans in de slaapkamer waar ie z’n tafel alvast neer kan zetten; de aankleding van wanden, raam en kast is nog te komen. Ik kan ook nog draden trekken naar de schakelaar in de voorkamer voor de stroomvoorziening aldaar, met meer of grotere lasdoppen. De doos zit vol, waar laat ik al die verbindingen?