Jaren tachtig, kon niet missen. Het tijdloos leven zonder verleden, zonder toekomst.
De brandweer kwam langs; jaarlijkse controle feestzalen. Alsof hier wat te vieren valt. De brandslangkast vrijgemaakt; wifi gereset, de muziekspeler hersteld. Terug naar huis voor het andere werk; vitamine D onderweg, zonder muts. Het begint stroef, welgemutst verder tot aan de avond, wanneer na het overdadige avondmaal de gele kornoelje bezorgd werd. Daarbij haalde ik eetbare waren, drinkbaar goed, met berichten uit de gespleten samenleving van de heb- en ijverzucht. Je weet je getroost door mooie mensen, van verre en na.